Standpunt FNV Waterbouw/Nautilus inzake onrust bij reders
RONDOM UITSPRAAK RAAD VAN STATE OVER MINIMUMLOON HAVENSLEEPDIENST
Op 17 april 2019 heeft de Afdeling Rechtspraak van de Raad van State een definitieve uitspraak gedaan over onderbetaling aan boord van sleepboten in het Amsterdamse Havengebied.
Begin februari 2019 hebben wij onze leden een nieuwsbrief gestuurd om ons standpunt over die lopende rechtszaak en over het minimumloon in de zeevaart toe te lichten. Inmiddels heeft de hoogste rechter geoordeeld dat de Inspectie SZW in die zaak terecht de Wet Minimumloon heeft gehandhaafd.
Al 50 jaar staat in de wet dat ook in de zeevaart in bepaalde gevallen het minimumloon moet worden betaald. Er is ook al vaker op gehandhaafd door de Inspectie SZW. Bij de havenslepers in IJmuiden was er in feite sprake van binnenlands werk en daar past gewoon minimumloon bij. Dit is het standpunt van de Minister van SZW en de Inspectie SZW en ook Nautilus kan zich daarin vinden. Overigens heeft ook de KVNR inmiddels gezegd, te kunnen leven met de uitspraak die duidelijkheid biedt rond het havensleepwerk.
Onrust bij de reders
De reders zijn bezorgd over de in hun ogen mogelijke consequenties van deze uitspraak. Zij hebben in de pers gemeld dat dit zou kunnen leiden tot minder schepen onder Nederlandse vlag. Eigenlijk vinden zij dat zij buitenlandse zeevarenden (van buiten de EU) helemaal nooit het minimumloon hoeven te betalen. Zij stellen namelijk dat de WML in de gehele maritieme sector nooit heeft gegolden en ook niet zou moeten gelden. De Raad van State heeft nu duidelijk gemaakt dat dit in bepaalde gevallen wel geldt. In ieder geval bij werk in en vanuit een Nederlandse thuishaven.
De reders zijn nu bang dat zij nu ook in de internationale koopvaardij het minimumloon moeten betalen. Hierdoor zouden hun kosten fors stijgen en dit zou uitvlaggen bevorderen en ook de werkgelegenheid van Nederlandse zeevarenden in gevaar brengen.
Ook sommige Nautilus leden hebben hier hun zorg over uitgesproken.
Uitzending NOS journaal 3 mei
Inmiddels zond het NOS journaal, op 3 mei jongstleden, een reportage over met name de zorgen van de reders uit. Wij als FNV Waterbouw/Nautilus werden ook nog even kort geïnterviewd. Daar het hier een complex dossier betreft, hechten wij er aan nogmaals eenieder op de hoogte te stellen van wat hier speelt en hoe nu verder.
Is de bezorgdheid terecht?
FNV Waterbouw/Nautilus vindt de bezorgdheid van de reders niet terecht. De Raad van State heeft alleen bevestigd wat al in de wet staat, dat het minimumloon ook geldt voor zeevarenden werkzaam aan boord van zeeschepen die feitelijk hun thuishaven in Nederland hebben. Dit geldt dus niet voor alle schepen onder Nederlandse vlag maar alleen voor werk dat feitelijk nauwer verbonden is met Nederland dan met andere landen en waar het dus klopt om hier het binnenlandse minimumloon voor te betalen. Dit wordt aan de hand van verschillende feitelijke aanknopingspunten beoordeeld. De uitspraak raakt slechts een klein deel van de Nederlandse zeevaart.
Voor de goede orde: het is niet de inzet van Nautilus dat op alle Nederlandse zeeschepen het Nederlands minimumloon moet worden betaald. Daarom vindt Nautilus de paniek en de publiciteit niet terecht en niet verstandig.
Dreigt omvlaggen?
De reders dreigen ten onrechte met omvlaggen. Immers, de Raad van State heeft nu juist bepaald dat niet alleen de vlag bepalend is voor de vraag of minimumloon geldt, maar diverse factoren aan de hand waarvan wordt beoordeeld of het werk nauw verbonden is met Nederland. De Wet minimumloon is bovendien vlagblind. Dus een schip onder buitenlandse vlag dat in Nederland of vanuit een Nederlandse thuishaven vaart moet volgens de uitspraak ook het minimumloon betalen. Overigens gelden in andere vlagstaten ook sociale regels en regelmatig ook regels over een minimumloon. Uitvlaggen is dus geen oplossing.
Overleg Nautilus – reders – overheid nog steeds gaande
Belangrijk is dat er intensief en constructief overleg gaande is tussen de reders, Nautilus en de overheid (de ministers van SZW en I&W). Wij praten op zeer korte termijn met die partijen verder over de gevolgen van de uitspraak voor andere bijzondere schepen en vaarten.
Bijvoorbeeld over de Ferrydiensten. Dit gesprek liep overigens al voor de uitspraak.
FNV Waterbouw/Nautilus staat pal voor werkgelegenheid Nederlandse zeevarenden
Werkgelegenheid voor onze leden is onze hoogste prioriteit. Juist dit was in de zaak van de havenslepers in het geding. Doordat een bedrijf ongeoorloofd met goedkope arbeid voer in binnenlands werk kwamen de banen van leden bij een concurrerend bedrijf in gevaar. Dit is succesvol aangepakt door de Inspectie SZW. Waardoor de banen van onze leden bij havensleepdiensten weer wat veiliger zijn.
Ons commitment aan het Nederlandse bemanningsmodel voor de internationale zeevaart, en dus aan de banen van onze leden in de zeevaart staat als een paal boven water. In de IJmuidense zaak ging het echter niet over dit model, alleen al omdat dit binnenlands werk betrof.
FNV Waterbouw/Nautilus verdedigt steeds de Nederlandse werkgelegenheid voor zeevarenden. Onder meer door al decennialang voorwaarden en grenzen te stellen aan het, door krapte noodzakelijke, varen met goedkope buitenlandse zeevarenden. Ook sluiten wij cao’s voor deze groepen zeevarenden, bedoeld voor de internationale zeevaart, zodat de Nederlandse vlag internationaal kan blijven concurreren. Van die afspraken mag echter geen misbruik worden gemaakt in situaties waar deze nooit voor bedoeld zijn. Want juist dat gaat ook ten koste van de werkgelegenheid van onze leden.
Plaats een Reactie
MeepratenDraag gerust bij!