Spreek u uit over de toekomst van uw pensioenfonds

Beste mensen,

Korte terugblik
Zoals bekend zijn cao partijen (vakbonden/werkgevers) en het bestuur van het pensioenfonds Waterbouw (BPF Waterbouw) al geruime tijd bezig om zich te beraden over de uitvoering van uw pensioenregeling. Ieder vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid. Immers, cao partijen gaan over de nog op te bouwen pensioen aanspraken (toekomst) en het pensioenfondsbestuur over de reeds opgebouwde pensioen aanspraken (verleden).

In 2015 heeft De Nederlandsche Bank (DNB) het pensioenfonds als (mogelijk) kwetsbaar aangemerkt. DNB had zorgen over: het beleggingsproces, het beleid, de invulling van de bestuurszetels en de kwetsbaarheid van de uitvoeringsorganisatie. Deze zorgen vormden de directe aanleiding voor FNV Waterbouw om zich over de uitvoering van de pensioenregeling door BPF Waterbouw te beraden. Het is immers onze taak om ook uw pensioenbelangen goed te behartigen. Ook het bestuur van BPF Waterbouw vond het noodzakelijk om zich op de toekomst van het pensioenfonds te oriënteren.

Stuurgroep vakbonden/werkgevers/pensioenfondsbestuur
In 2016 hebben cao partijen en het pensioenfondsbestuur besloten om een gezamenlijke stuurgroep te vormen. In deze stuurgroep zitten afgevaardigden van de vakbonden, werkgevers en het pensioenfondsbestuur. Er is in de stuurgroep, met behoud van ieders eigen verantwoordelijkheid, goed samengewerkt om vervolgens te komen tot een advies aan het pensioenfondsbestuur en cao partijen.

De stuurgroep heeft op grond van uitgebreide berekeningen en aan de hand van een set vooraf gestelde criteria, laten onderzoeken welk fonds voor zowel de opgebouwde- als de nog op te bouwen pensioenaanspraken het beste uit de bus komt. Hierbij is afzonderlijk, dus per onderzocht pensioenfonds, rekening gehouden met de eigen risicohouding en met het mede daarop gebaseerde beleggingsbeleid. Bij de beoordeling worden alle criteria betrokken, maar een zware weging komt toe aan het pensioenresultaat.

Drie pensioenfondsen onderzocht
Er zijn drie pensioenfondsen onderzocht en vergeleken. Door de vakbonden werd BPF Koopvaardij ingebracht en door de werkgevers het PGB (Pensioenfonds GrefiMedia). Het pensioenfondsbestuur bracht BPF Waterbouw in.
Met de selectie van deze drie fondsen was unaniem overeenstemming in de stuurgroep.

Criteria
Om de resultaten van het onderzoek te kunnen toetsen, werd door de stuurgroep een aantal criteria benoemd zoals :

• De hoogte van het pensioenresultaat (indexaties en kortingen);
• Het intact houden van de verplichtstelling;
• De regeling zoveel mogelijk in originele staat houden;
• De combinatie verplichte /vrijwillige regeling;
• Invloed op de uitvoering;
• Premiemethode;
• Risicohouding;
• De opgebouwde en toekomstige rechten bij elkaar houden.

Toelichting
Vakbonden hadden eerder van hun achterbannen het mandaat gekregen om de optie Koopvaardij in het onderzoek als oplossingsrichting mee te nemen. Wel werd er toen van uitgegaan dat de op handen zijnde wet het mogelijk zou moeten maken om het vermogen, het beleggingsbeleid en de regeling voor onbepaalde tijd afgescheiden te houden onder Koopvaardij. Technisch heet dit ringfencing.

Echter, lopende het onderzoek in de stuurgroep werd door de wetgever aangekondigd dat de mogelijkheid tot ringfencing voor onbepaalde tijd vooralsnog niet kan. Het afgescheiden houden van het vermogen, beleggingsbeleid en de regeling kan, zoals de op handen zijnde wetgeving er nu uitziet, voor maximaal 5 jaar. Daarna moet er volledig worden gefuseerd. Hierdoor paste deze optie niet meer binnen het verkregen mandaat van onze achterbannen.

Voor de volledigheid is BPF Koopvaardij zonder ringfencing in het onderzoek meegenomen. Uitgaande van de situatie dat het vermogen, het beleggingsbeleid en de specifieke regelingen van BPF Waterbouw, overgeheveld kan worden naar BPF Koopvaardij. Dit geldt eveneens voor PGB. De optie voortzetting van BPF Waterbouw, spreekt voor zich.

Uitkomsten onderzoeksresulaten
Kijken wij naar de onderzoeksresultaten van de drie onderzochte opties -over een periode van 5 en 15 jaar- dan kan het hiernavolgende worden vastgesteld.

BPF Koopvaardij
BPF Koopvaardij laat over een periode van 5 en 15 jaar een lager pensioenresultaat zien dan BPF Waterbouw en PGB.
De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn:

• BPF Koopvaardij heeft een defensievere beleggingsmix (belegt voorzichtiger: meer in obligaties dan aandelen)
• PGB en BPF Waterbouw beleggen meer in aandelen. Als het goed gaat met de aandelen profiteren zij daar meer van dan BPF Koopvaardij. Dit heeft een gunstig effect op de dekkingsgraad. Verondersteld wordt dat het nemen van risico zich op de lange termijn uitbetaald. Echter, de kans op korten is ook groter.
• De dekkingsgraad bij BPF Koopvaardij is hoger dan bij BPF Waterbouw en PGB. Bij overheveling van BPF Waterbouw naar BPF Koopvaardij moet er geld worden bijgestort om het verschil in dekkingsgraad op te heffen. Werkgevers hebben bij herhaling benadrukt daar absoluut niet toe bereid te zijn. (Een bijstorting kan worden vermeden, als van de tijdelijke ringfencing gebruik wordt gemaakt, want dan kunnen dekkingsgraden naar elkaar toegroeien.)
• Het gevolg is dat bij een overheveling van BPF Waterbouw naar BPF Koopvaardij de pensioenaanspraken van de deelnemers van BPF Waterbouw gekort moeten worden. De korting op uw aanspraken heeft een negatief effect op uw pensioenresultaat. Dit wordt dan lager. Dit effect doet zich niet voor als van de mogelijkheid van (tijdelijke) rinfencing gebruik wordt gemaakt.
• BPF Koopvaardij heeft net als PGB het risico van een verder dalende rente op een hoger niveau afgedekt. Met als gevolg, als de rente gaat stijgen, BPF Koopvaardij en PGB daar minder van profiteren. Dat heeft dus een minder gunstig effect op de dekkingsgraad.

Pensioenfonds PGB
Het pensioenresultaat voor PGB laat over een periode van met name 15 jaar een lager pensioenresultaat zien dat PBF Waterbouw.
De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn:

• De dekkingsgraad bij PGB is lager dan bij BPF Waterbouw. Om de dekkingsgraden gelijk te trekken, zou bij overheveling naar PGB eenmalig een toeslag aan de deelnemers van BPF Waterbouw worden toegekend.
• Het gevolg is dan wel dat de deelnemers van BPF Waterbouw starten met een lagere dekkingsgraad bij PGB. Dit heeft weer negatieve gevolgen voor de mogelijkheden tot indexatie van uw pensioen.
• PGB heeft net als bij BPF Koopvaardij het risico voor een dalende rente op een hoger niveau afgedekt. Met als gevolg als de rente gaat stijgen zowel PGB als BPF Koopvaardij daar minder van profiteren. Dat heeft dus een minder gunstig effect op de dekkingsgraad.

BPF Waterbouw
BPF Waterbouw laat over een periode van 5 en 15 jaar het beste pensioenresultaat zien voor de deelnemers.
De belangrijkste oorzaken hiervoor zijn:

• De hogere dekkingsgraad van BPF Waterbouw dan PGB.
• Fors mindere afdekking tegen een dalende rente. Met als gevolg als de rente gaat stijgen BPF Waterbouw daarvan meer profiteert. Dat heeft dus een gunstig effect op de dekkingsgraad.
• Een offensievere beleggingsmix dan met name BPF Koopvaardij. BPF Waterbouw belegt meer in aandelen. Als het goed gaat met de aandelen profiteert BPF Waterbouw daar meer van dan BPF Koopvaardij. Dit heeft een gunstig effect op de dekkingsgraad. Een hogere dekkingsgraad geeft een grotere kans op indexeren van het pensioen. Andersom geldt dat de dekkingsgraad bij BPF Koopvaardij minder wordt geraakt, als het slecht gaat op de aandelenmarkt.

Als wij naar het pensioenresultaat kijken, dat unaniem in de stuurgroep als leidend beoordelingscriterium werd benoemd, dan zien we dat BPF Waterbouw als beste optie uit de bus komt.

Behoud van bestuurlijke invloed
Naast het pensioenresultaat vindt FNV Waterbouw het criterium ‘behoud van bestuurlijke invloed’ belangrijk: invloed vanuit het bestuur op zowel de inhoud als de uitvoering van de regeling. FNV Waterbouw vindt pensioen een belangrijke arbeidsvoorwaarde, die wij niet op afstand van de sector willen zetten. Bestuurlijke invloed op o.a. het premie- en beleggingsbeleid vinden wij cruciaal.

Bij de optie PGB wordt de bestuurlijke invloed sterk afgezwakt, omdat onze positie in het bestuur geminimaliseerd wordt.

Hoe zit het dan nu met de eerder door DNB geuite zorgen?
Gebleken is dat BPF Waterbouw het beleggingsproces en beleid op orde heeft.

Zowel vakbonden en werkgevers hebben al bijna 2 jaar zeer kundige mensen namens hun organisatie afgevaardigd in het bestuur. Hiermee is de zorg omtrent invulling van de bestuurszetels weggenomen.

De uitvoeringsorganisatie blijft evenwel een aandachtspunt. Echter, daar zijn goede oplossingsmogelijkheden voor handen. De uitvoering van de pensioenregeling kan bij een andere administrateur worden ondergebracht.

Het woord is aan onze leden: aan u!
U wordt door ons in de gelegenheid gesteld om ons persoonlijk deelgenoot te maken van uw mening over de toekomstige uitvoerig van de pensioenregeling.
Hiertoe organiseren wij een landelijke bijeenkomst op:

Donderdag 6 juli 2017 van 19.00 -21.00 uur.
In Partycentrum De Lokhorst, Sportlaan 1, 3364 AT Sliedrecht

Mocht u niet in de gelegenheid zijn om naar de bijeenkomst te komen, dan verzoeken wij u op het onderstaand formulier uw keuze aan ons kenbaar te maken.